Aankoms in Vezelay
Vrijdag 8 juli
Als ik wakker wordt schijnt de zon volop. Ik ben bang voor een erg warme dag. Al snel wordt het echter bewolkt en is het perfect wandelweer. Ik loop vandaag naar Accolay. De route is wat gevarieerder. Ik loop een prachtig stuk langs de oevers van de Yonne. Als ik in het dorpje op een bankje bij de kerk ga zitten, zie ik zelfs een terrasje dat open is! Snel daar naartoe en een kopje koffie besteld. Vreemd genoeg doet zo’n terrasje toch veel. Dat mis ik tot nog toe nog het meest aan het lopen in Frankrijk, de leuke terrasjes onderweg om even te pauzeren. In Nederland heb je overal terrasjes, in ieder geval wel veel. Juist die pauzemomenten maken een wandeling vaak gezellig. Even snel wat water en een broodje in de berm is dan toch minder leuk. Helemaal aangesterkt ga ik dus weer verder. Ik loop verder door wijngaarden, akkerland en bosjes. In ieder geval afwisselend. In Accolay wil ik in eerste instantie het hotel proberen, maar dat zit vol. De camping heeft echter nog plek zat. Bij de slager haal ik lekker een quiche lorraine, een rauwkostsalade en tabouleh. Een gezonde maaltijd dus. Vroeg slapen, want morgen wordt een lange etappe naar Vezelay en ik wil vroeg starten.
Zaterdag 9 juli
Ik sta om zes uur op, maar het inpakken gaat niet zo snel. Ik maak nog een praatje met een wandelend Duits echtpaar, die in etappes lopen naar Santiago.Ze gaan nu tot Vezelay. Je ziet op alle campings dat die wandelaars en fietsers allemaal vroeg op zijn. Zo veel mogelijk gebruik makend van de koelte van de ochtend. Vandaag is het echter bewolkt en lekker fris, zelfs af en toe te fris. Maar om te lopen dus prima. Het landschap wordt gevarieerder. Ik loop door een rotsgebied waar al in de oudheid mensen woonden. Onderweg kasteeltjes en Romeinse wegen en forten. Genoeg afwisseling dus. En ook vandaag een leuk terrasje op een onverwacht moment. Het lopen gaat goed. De temperatuur speelt blijkbaar toch een grote rol. Ook het vooruitzicht vandaag Vezelay te bereiken en twee weken ‘vakantie’ te hebben lokt natuurlijk. Als ik weer eens een heuvel ben opgeklommen, zie ik in de verte de baseliek van Vezalay liggen. Wat een fantastisch gezicht! Je kunt je helemaal voorstellen hoe een middeleeuwse pelgim dat moet hebben ervaren, toen het pelgrimeren nog iets minder luxe en gemakkelijk ging dan nu. Het is nog een uur lopen naar Vezelay, en de hoogte van de heuvel in de verte beloofd een behoorlijke klim. Uiteindelijk is het nog wel aardig klimmen, maar niet eens zo heel erg lang. Binnen een kwartiertje ben ik bij de Porte de la Croix. En daar loopt ineens nog iemand op deze weg (het is onderweg nog steeds erg stil). Het is mijn vader, die me een stukje tegemoet is gekomen. Een eindje verder zit ook mijn moeder. Het is leuk weer bekenden te zien. Ik had verwacht dat het heel vreemd zou zijn, maar dat is gelukkig niet zo. We lopen samen door naar de baseliek. Na even bijkomen en een drankje op een terrasje gaan we de baseliek bekijken. Ik krijg een prachtige stempel van Vezelay en mijn gegevens worden genoteerd voor de statistieken. In de kerk is een ‘dienst’ met gezang net gestart en we blijven luisteren. Het gezang klinkt prachtig in de kerk en past helemaal bij het moment. Daarna kiezen we een leuk restaurantje uit om te vieren dat ik Vezelay heb bereikt. Ondanks dat ik 28 kilometer heb gelopen, voel ik me nog verrassend fit. Pas ’s avonds bij de caravan voel ik hoe moe ik ben. De komende weken kan ik in ieder geval lekker uitrusten. Mijn tentje blijft bij de caravan staan, en ik wordt naar het begin en eindpunt van de dag gebracht en gehaald. Ik hoef slechts een dagrugzakje mee te nemen, dus kan ik ook mijn lichaam wat rust geven. Verder hoef ik geen boodschappen te doen en wordt er iedere dag voor me gekookt. Eigenlijk heb ik dus even twee weekjes ‘vakantie’.
Één reactie
Vakantie… GENIET ERVAN!! Groetjes aan de paps en mams!! Ik ga beginnen met mijn franse recept… Eind september??