Leeuwarden – Oude Bildtzijl

Het blijft de hele nacht door regenen. Het grasveld is veranderd in een grote drassige poel waar je moet uitkijken dat je niet uitglijdt. Vanochtend ziet de dag er echter best veelbelovend uit. De zon schijnt, en we zien blauwe lucht. Snel op stap dus!

In de verte pakken echter donkere wolken zich weer samen. Het levert spectaculaire luchten op, die kenmerkend zullen zijn voor deze dag. We lopen weer in de weilanden. Onderweg komen we vandaag een paar ‘states’ tegen. Kasteel achtige boerderijen, met een landgoed er om heen. Adelijke Friese families woonden hier. Zo komen we langs Dekemastate en Martenastate. Beide prachtige huizen en tuinen die bekend staan om hun stinzenplanten. Een soort planten wat weer vernoemd is naar de ‘states’ of ‘stinzen’. Beide states zijn dicht, maar we kunnen wel het landschapspark in.

Bij de Dekemastste zijn we net op tijd om te schuilen voor een flinke bui, op het overdekte terras van het theehuis ( helaas ook nog niet open).

We lopen door richting Stiens, waar we boodschappen doen voor vanavond. We hopen dit voor de volgende bui te halen, maar die komt eerder. En heftiger. We hebben net de Martenastate bereikt. Ook hier is het theehuis nog dicht. We schuilen onder de hoge bomen van de oprijlaan.

Maar als die het natuurgeweld niet meer tegen houden verplaatsen we snel naar een openstaande boerenschuur. Het bijbehorende huis staat te koop en de schuren zijn leeg.

Na een half uurtje is de lucht weer blauw en lopen we droog verder. In Stiens drinken we nog koffie en lopen door de weilanden naar ons overnachtingsadres in Oude Bildtzijl. Om ons heen nog volop donkere wolken en regenbogen. Wij hebben echter geluk en komen droog over.

Onze B&B ‘t Laaisterplekke ziet er piekfijn uit. We hebben een zitkamer, keuken en twee slaapkamers. Bovendien ook nog een tuin met vijver en zitje. In het dorp is een klein museum met een tentoonstelling over de streek. Bovendien kunnen we hier een stempel halen. Vroeger lag er hier een binnenzee en de ‘dijken’ waar wij nu over lopen vormden de grens tussen het land en de zee.